dinsdag

Taraboemdijee!

Alles weer hetzelfde: alle heiligen op één rij.

Kijk daar heb je H. Antonius en Sint huppeldieje. Allemaal weer dezelfde heiligen, alsmaar langs dezelfde beelden lopen maar er één vastpakken. Nee, ho maar!

Wonderlijk hoe een rijtje heiligenbeelden me brengt bij de leesbevorderaars van heden. Ze zeggen allemaal hetzelfde; o nee, een aantal zegt dit en een aantal zegt dat. Een groepje zus en een groepje zo. Laten we dat doen! Ja, goed. Nee, het werkt niet. laten we dat dan gaan doen! O, goed. En daar gaan we allemaal achter het heilige voorbeeld aan.

Zoals de harmonie mensen uit de huizen zoog met muziek. De kinderen er achteraan. Taraboemdijee! Weg ermee.

We moeten wat doen. Ja, en als je wat gaat doen moet je dat volhouden. Je moet opvoeder, ouder, leerkracht, bibliothecaris dat volhouden. Niet zeuren. Niet kermen. Nee, te allen tijde volhouden. Dus...

Voorlezen moet: doe dat dan niet af en toe, niet als beloning, niet als je fit bent, niet als ..
nee, je doet het dan ook steeds: een vast moment een vaste tijd van de dag.

Lezen moet: niet iets anders doen, niet effe dit, niet dat is vandaag belangrijk of daar is vandaag geen tijd voor. Nee, je doet het vanaf het begin van elk mooi mensenleven tot aan de volwassenheid. En ver daarna.

Lezen moet. Lezen is soms niet leuk maar het moet.

Elke avond baden we ons gebedje na de lepel levertraan. Edoch was er klontje suiker op het eind van de lepel. Zo ook met lezen: eerst door het bittere: rustig worden, accepteren, dan slikken en wennen aan de smaak maar daarna...

het zoete: het verhaal, de belevenis, de emotie: de beloning.

1 opmerking:

  1. toch had het wel wat. zo van:
    's avonds voor het slapen gaan komen 14 engeltjes mij na.
    Twee aan mijn hoofdeind
    twee aan mijn voeten eind
    enz.

    BeantwoordenVerwijderen